Is storoming die ook afzet van abst aexpress. Dit is goed te begrijpen kunst.
Begin in jaren 60 V.S, kijk naar welvaartmaatsch die opkomt na de oorlog, consumptie e.d
Horen veel kunstenaars bij, geen verwant met graf ontwerpen, puur kunststroming.
Drie kenmerken van Popart:
-Onderwerpen als alledaagse dingen (Zie mal van Tom Wesselman, radio en appel)
-Gebruik diverse materialen, tenchnische mogenlijkheden worden onderzocht. (zie portret
Martial Raysse, vrouw met lippen van tl-buizen)
James Rosenquist, gebruikt wel technieken uit de reclame, hij beeld realistisch af en gebruikt
airbrush.
[Wim T. Schippers is nederlands pop art kunstenaars, de stroming is nooit groot geworden in Ned.]
Bij Pop art is er vaak ook een spel tussen de letters van een woord en zijn betekenins. Zie ‘Love’ van Robert Indiana.
Ook collages ontstaan, zie Richard Hamilton. Wat is consumptie maatschappij? Wat is er gebeurd met de consumptie behoefte?
Zijn voorlopers in V.S, Jasper Johns en Robert Rauschenberg. Johns werkte voor de echte Popart periode.
Jasper Johns schilderde met dikke verf een niet kloppende Amerikaanse vlag. Eronder zitten
Delen van kranten. Er zijn veel vragen bij, waarom klopt de valg niet, wat wil hij er mee zeggen? Johns zegt: het gaat gewoon om het maken van de afbeelding.
Ook een wat abstr express werk, geel, blauw, rood, roept ook vragen op. Johns was geinteresseerd in betekenins en woord, taal-filosofie noemde men dat, de spanning ertussen. Johns projecteerd dit idee op de schilderkunst, woord en beeld in frictie, het woord oranje op een blauw vlak verf. Het is in een mate grafisch. Ook zijn werk met cijfers,dat is nog minder goed te analyseren. Hij kiest wat onbeduidende onderwerpen. Hij is enige met filosofische basis binnen Popart, daarom is het ook een randfiguur.
Vriend van hem, ook voorloper was Rauschenberg, hij verheerlijkt de consumptiemaatschappij totaal niet, bij combineerd materialen waar hij op stuit. Gevonden materialen en objecten gebruiken maakt de kunst veel meer van de wereld waar hij in ontstaat.
Het heeft een enorme eigenheid, en er is veel diversiteit binnen zijn werk. De combinaties, de een gekker dan de ander, vallen erg op. Werkt vaak groot. Hield ook van performance, dat is in deze tijd ook weer populair.
Claes Oldenburg, was iemand die echt de draak wilde steken met de cons. Maatsch., hij deed veel aan performances, loopt over straat met een hele grote tandpasta. Echt sarcastisch maar op een grappige manier. Plastic cheeseburger, en vergoot dingen banaal uit, grote lippenstift en schroef (voor Booijmans van Beuningen)
Liefhebber van Popart, David Hochney, woonde in Callifornia in die tijd, hij doet dingen met de villa’s en de onbezorgtheid. Hij schilderde situaties waar hij van genoot in die tijd.
Later ontwikkeld hij zich ook verder in de fotografie. Hij is ook een beetje zo’n randfiguur, hij was echt iemand met passie voor schilderkunst.
Roy Lichetenstein. Hij maakt emoties over de top cliché, maakt het heel onpersoonlijk, trekt de dingen uit zijn verband. Gebruikt een strip-vorm, plaatjes zoals in strip isoleerd hij, het is een fractie van een verhaal, maar dat wordt het beeld. Heldere en felle kleuren spreken veel mensen aan, het heeft iets snels en fris maar ook iets erg oppervlakkigs.
Een menselijke situatie wordt erg vereenvoudigt en steriel gemaakt. Hij kiest dingen die hij direct afleid van iets al bestaands, beelden van het Bauhaus en Picasso, het kopiëren is hem niet vreemd in de jaren 60.
Voor bepaalde werken haalde hij zijn inspiratie direct uit stipboeken. Hij zocht het bij de helden van de jaren 60 die al voorkwamen in stripboeken, hij kiest een intrigerend plaatje, hij maakt vervolgens een schets op waren grote die hij projecteerd op een groot canvas en overtrekt. Hij verandert wat aan de plaatsing en kleuren en zo is de populaire serie binnen de popoart onstaan.
Commercieel kunstenaar is Warhol, hij vond de zakelijke kant ook erg balngrijk, deze diende zich volgens hem meteen aan na het maken van kunst. Hij was een verlegen man maar had wel een groot gevoel voor communicatie en netwerken. Hij begon als reclame tekenaar en paste deze techniek later ook toe in zijn werk. Warhol had geen kritiek eerder enthausiasme omtrent trends en bekendheden, hij wilde zelf ook eens beroemd worden. Zie zijn werken van Marilin Monroe en Elvis Presley. Hij heeft niet zozeer een ideaal, maar wil het beste halen uit wat de wereld/maatschappij hem te bieden heeft, hij beeld zijn interesses uit.
Zijn werken waren echt een productie, zoals een product. Er werd echt een oplage gemaakt, een serie, wat eigenlijk toch wel gericht was op verkoop. De serie in letterlijke vorm vind hij ook interesssant, hij past herhaling toe. Ook inimteerd hij een verpakking met merk, Brillo zeep, wat een link legt met Duchamp, het imiteren en dan ontstaat vraag of het nog kunst is.
Foto’s van dramatische situaties herhaald hij binnen een vlak, zodat het beeld zijn betekenins eigenlijk verliest.
Zijn ouders kwamen uit Slowakijke, waren aangesloten bij religieuze beweging, hierbij waren iconen belangrijk. Elk icoon hadden bepaalde kleuren en vormden zo een serie. Dit past hij eigenlijk toe bij zijn serie zoals die van Monroe.